Achter het script: lees wat Sara denkt bij scène 6 van aflevering 2 Mooi niet dat ik ga toegeven hè! Dan krijst ze de hele supermarkt maar bij elkaar. Kan me niet schelen! En waar bemoei jij je eigenlijk mee oma?! Nog nooit een kind horen schreeuwen? Kom op zeg, dat is toch dagelijkse kost hier? Of in een speelgoedwinkel, strand, speeltuin, school, waar niet eigenlijk? Bizar hoe mensen kunnen reageren op tierende kinderen. Regelmatig krijg ik een bemoedigend ‘sterkte ermee’ te horen. Dat is lief bedoeld. Alhoewel ik het ook wat dubbel vind, want het voelt toch een beetje alsof degene die het zegt maar wàt blij is dat het niet zijn of haar kind is. En dat vind ik irritant, want het zijn maar momentopnames. De rest van de tijd zijn het gewoon engeltjes. Of in ieder geval vaker dan bengels. Maar goed, de reacties variëren….
Laatst was Liv ook weer aan het zeuren. Zegt een tienermeisje tegen haar vriendin, maar zeker ook voor mijn oren bedoeld: ‘God, wat haat ik kinderen toch!’ Haar vriendin weet zich duidelijk geen raad met die botte opmerking. Ik wel. ‘Dat ben jij zelf ook ooit geweest hoor.’ Ze kijkt me verbaasd aan, want ze had geen reactie verwacht. Hoopte natuurlijk alleen punten te scoren bij haar vriendin. ‘Nou, ik was in ieder geval niet zó irritant!’ antwoordt ze dan toch. ‘Nee, dat ben je nu!’ zeg ik weer. Daar heeft ze niet van terug. Net goed! Want als je aan mijn kinderen komt, dan kom je aan mij en zul je het bezuren! De enige die mag klagen over mijn kinderen ben ik zelf. Alhoewel dat ook best tricky kan zijn. Zo denkt de vrouw van de AH servicebalie nu dat Liv een enfant terrible is. ‘Daar heb je je handen vol aan zeker?’ reageert ze met een gezicht vol medeleven op Livs getier wanneer ik moestuintjes bij haar kom halen. Opgelucht dat ik even mijn hart kan luchten, antwoord ik: ‘Dat kan je wel zeggen ja. Ze weet precies wat ze wel en vooral niet wil. Leuk voor later, maar voor nu… Het is om gék van te worden! Ik hoop maar dat haar pubertijd dan een beetje meevalt.’ Dat is het startschot voor de vrouw om de vergelijking met haar zoon te trekken. Die viel op Livs leeftijd telkens flauw tijdens de vele, vele, vele woede-aanvallen. ‘Hij kreeg gewoon te weinig lucht door dat gekrijs. Het was echt vreselijk!’ Ook zij hoopte destijds dat ze haar portie wel gehad had en dat de pubertijd wat minder heftig zou zijn. ‘Maar,’ verzekert ze me ‘dat is dus niet het geval. Hij is nu dertien en ik word hé-lè-maal gek! Hij haalt het bloed onder mijn nagels vandaan. Het is echt om wanhopig van te worden. En woest! Het is eigenlijk dit’, ze gebaart naar Liv die nog steeds probeert te schoppen en ongestoord door schreeuwt, ‘in het kwadraat.’ Ik knik vertwijfeld, zeg ‘sterkte ermee’ en trek Liv aan haar arm mee naar de uitgang. Eigenlijk wil ik haar laten weten dat Liv best meevalt en echt niet zo’n enfant terrible is als haar zoon. Maar ja, momentopnames... Volgende keer bedenk ik me in ieder geval wel twee keer voordat ik me laat gaan tegenover een vreemde. Ja, het is een lastig evenwicht tussen klagen en mooi weer spelen. Laatst stond ik met een bevriende moeder (BM) onderweg naar de uitgang van de natuurwinkel wat te kletsen. Ik: Hoe gaat het? BM: Mmmmjaaaa Ik: Niet echt dus. BM: (langzaam) Jawel. Ik: Hmmmm, nou misschien helpt het als ik zeg dat het met mij niet zo goed gaat, dan kan jij inhaken. BM: Gaat het niet goed? Ik: Jaweeel. BM: Oh.. Ik: Nou ja, op zich wel, ik word alleen zo moe van dat eeuwige politieagentje spelen! Dat geruzie de hele tijd en niet luisteren. Voordat we op school zijn, ben ik al kapot. Knettergek word ik ervan. BM: Nou, ja precies! Pim wilde vanmorgen ook weer niet meewerken. Hij wil eerst eten en dan aankleden. Maar ik wil het precies andersom want dat eten duurt veel te lang. Voordat hij dan doet wat ik vraag...(zucht) Af en toe voel ik me net een knijtemoeder. Ik: Een wat? BM: Een moedermug, waarbij het kind in het lichaam van de moeder groeit en de moeder bij geboorte niet meer is dan een lege huls. Ik: Hè, gadver! Maar ja, het is wel waar.... Er blijft niks van ons over. Wie heeft ooit bedacht dat opvoeden leuk is? BM: Nou, ik niet hoor. Ik: Ik bedoel, ze zijn hartstikke lief en alles en ik zou niet zonder ze willen, maar dat opvoeden… Terwijl wij dit gesprek hebben, probeert een andere moeder iets af te rekenen. Ze heeft een jengelend kind aan haar been hangen. ‘Heb je honger?’ vraagt de jongen achter de kassa. ‘Wil je een korstje brood?’ ‘Nee!’ antwoordt het kind. ‘Een plakje kaas dan?’ probeert de jongen weer. ‘Nee!’ De moeder kijkt ons aan met een gezicht van ‘O my god’. Even later propt ze geërgerd haar boodschappen in het fietskrat en plant haar inmiddels schreeuwende kind (ik wil een koekje!) iets te snel achterop waardoor de fiets bijna omvalt. Ze glimlacht ongemakkelijk naar ons. Dan zegt ze vanuit haar tenen: ‘Het is weer zo’n dag.’ Ik glimlach haar bemoedigend toe. Ik kijk mijn vriendin aan: nog een knijtemoeder. |
Sara
Freelance tekstschrijver, moeder van Boaz en Liv, woont samen met Tim, haar vriend. Leeft het leven alsof het een generale repetitie is. Langzaam beseft ze dat het nu of nooit is. Heeft ze het lef om eindelijk te doen wat ze altijd al wilde? Archieven
December 2019
Eerdere blogs
Alles
Wil je ons volgen?Of ontvang tweewekelijks een update via Facebook
|