Achter het script: lees wat Sara denkt in scène 22, van afl. 2 Goed. Het mag duidelijk zijn dat Tim en ik niet de gouden beker voor communiceren op onze schoorsteenmantel hebben staan. Sterker, we verdienen eerder een gouden medaille voor miscommunicatie. En op bar slechte momenten zelfs één voor zwijgen. Moeilijke onderwerpen? Gaan we gewoon uit de weg. Worden niet besproken totdat het niet anders meer kan. Het plannen van de zomervakantie, iets waar veel mensen blij van worden, bezorgt ons niets meer dan stress en irritatie. Gewoon omdat we het nooit eens kunnen worden over waar we heen gaan. Daarom eindigt dit altijd in een verhitte, frustrerende zoektocht op internet een paar dagen voordat we weg willen. En de vakantie zelf, valt altijd tegen; want een compromis en er was niks meer vrij... De opvoeding, de aanpak van in huis urinerende katten, het interieur van ons nieuwe tuinhuisje, of van ons huis (is het ooit af?). Allemaal onderwerpen waar we geen woorden meer aan vuil maken, want dat bederft alleen maar de sfeer. Daarom hangt er nog steeds een kerstster als lamp boven onze eettafel. Het is ook niet altijd makkelijk in een relatie om gewoon te zeggen waar het op staat. Althans dat vind ik. Tim heeft me al heel vaak verzocht het meteen te zeggen als iets me niet bevalt. Als ik er namelijk een paar dagen later mee kom (oké het kunnen ook weken zijn), dan kan hij er niks mee en krijg ik het argument ‘oude koeien!’ naar mijn hoofd geslingerd. Kennelijk verjaren dingen hier heel snel. Mijn verweer dat het er echt niet gezelliger op wordt als ik alles er meteen maar uitgooi, wuift hij weg. Hij moest eens weten... ➤ Zou je niet willen poepen, als ik mijn tanden sta te poetsen?! ➤ Kun je die Ipad/ smartphone/ gpad in de prullenbak gooien? Er is meer in het leven. Je gezin bijvoorbeeld. ➤ Hoe kon je nou denken dat ik dàt leuk vind?! Ken je me nou nog niet na 10 jaar! ➤ Als je kruimelt, wil je dat dan meteen even opvegen?! ➤ Zou je wat meer interesse willen tonen? ➤ Als we bij mijn ouders zijn, zou je dan een keer niet de krant willen lezen, maar gewoon willen deelnemen aan het gesprek? ➤ Zou je niet iets willen brengen als de waarheid terwijl dat niet het geval is? En met stip op nummer 1: ➤ Als ik je iets vraag, zou je dan willen antwoorden?! Het is overigens niet zo dat ik nooit heb geprobeerd het meteen te zeggen als iets me niet bevalt. Laatst probeerde ik het tegen beter weten in weer een keer. Tim zette de vuile vaat in de wasbak. Op mijn vraag of hij het meteen in de afwasmachine wilde doen, zei hij doodleuk: ‘Nee, dat wil ik niet.’ Nou moet ik er misschien wel bij zeggen dat ik eigenlijk zei: ‘Zie je, je doet het toch niet!’ ‘Wat?’ vroeg hij. ‘Nou, je zet dus niet altijd alles meteen in de vaatwasmachine, zoals je laatst beweerde. Zou je dat voortaan wel willen doen?’ Wellicht dat mijn toon hem niet aanstond waardoor hij zijn kont tegen de krib gooide, hoe dan ook, het had dus niet het gewenste resultaat. Hij liet het gewoon staan. Volgens onze voormalig relatietherapeute had ik vervolgens moeten aangeven wat voor effect zijn reactie op mij had: ‘Jouw reactie kwetst mij enorm en toont gebrek aan respect. Iets dat ik niet als prettig ervaar.’ Waar ik dan nog kwaad aan toegevoegd zou hebben: ‘Waardoor ik nu zwaar de behoefte voel om de deur uit te lopen om nooit meer terug te komen! En ik neem de kinderen mee!’ Maar dat zei ik allemaal niet hardop (gezien de laatste twee zinnen niet eens zo'n slecht idee). Nee, dit soort dingen blijven sudderen. Tot een keer het deksel van de snelkookpan klapt en alles er in een keer uitspuit. Een eigenschap van mij waar Tim zich weer vreselijk aan ergert. Vaak ga ik bij mezelf na of ik misschien ergens schuld heb aan de reactie van de ander. En wat bleek, niet al te lang geleden had zich een zelfde soort situatie voor gedaan. Tim vroeg mij voor de zoveelste keer of ik niet steeds de warme kraan wil gebruiken. Dat zou niet goed zijn voor de boiler en geld kosten. Omdat ik dat gezeur zat was zei ik: ‘Ik woon hier ook en als ik het koud heb, gebruik ik de warme kraan. Punt! Dat ga ik echt niet veranderen.’ God, wat voelde ik mij een stoere en sterke vrouw. Grappig hoe dat werkt. Als je zelf zo’n antwoord geeft, voel je je volledig in je recht staan, maar als de ander dat doet vind je hem een botte boer. Maar goed, ergernis nummer 1 (ik lijk Jan Mulder wel) is dus NIET antwoorden als ik iets vraag. Ik heb wel eens geprobeerd te achterhalen waar dat aan ligt, dat niet antwoorden. Maar het lijkt gewoon pure willekeur. De ene keer krijg ik wel een antwoord op mijn vraag en de andere keer kan ik hem drie keer stellen en blijft het antwoord uit. Alhoewel, één keer vroeg ik hem op de man af waarom hij geen antwoord gaf en toen zei hij: ‘Op zo’n domme vraag, geef ik gewoon geen antwoord.’ Ik schoot bijna uit mijn panty van verontwaardiging. Om hem te laten voelen hoe het is, heb ik die onbeschofte omgangsvorm overgenomen. Een beetje het omgekeerde van wat BN’ers altijd in interviews over hun geliefde zeggen: ‘Hij haalt het beste in mij naar boven.’ Hoe dan ook, Tim lijkt er niet heel erg mee te zitten. Misschien omdat het me 9 van de 10 keer toch niet lukt. Ik blijk namelijk uit een soort reflex gewoon altijd antwoord te geven. En soms zelfs als de vraag niet direct aan mij gesteld wordt. Lekker irritant. Dat het de verkeerde kant op ging, werd mij onlangs duidelijk gemaakt door Boaz. Inmiddels zeven jaar, had hij een briefje geschreven voor op de deur van zijn slaapkamer. Er stond: Boaz’ leeskamer. Kloppen voordat je binnen komt. Alleen als ik ‘ja’ zeg, mag je binnenkomen. Als ik geen antwoord geef, mag je niet binnenkomen! Na het lezen van de laatste zin, werd het me opeens glashelder. Dit moest afgelopen zijn. In plaats van me zo kinderachtig te gedragen door een slechte eigenschap over te nemen om iemand een lesje te leren, moest ik juist het goede voorbeeld geven! ‘Bo’ zei ik daarom, ‘ik weet dat we in dit huis niet altijd antwoord geven, maar dat is niet zoals het hoort. Het is onbeschoft, vervelend en onduidelijk. Vanaf nu geven we gewoon antwoord op een vraag. En als je geen zin hebt om te antwoorden, dan zég je dat je geen zin hebt om te antwoorden. Maar antwoorden zullen we!’ Waarop Boaz zei: ‘Maar papa zei een keer, spreken is zilver, zwijgen is goud’. Ik keek hem even ongelovig aan. Toen antwoordde ik: ‘Dat kan wel wezen, maar vanaf nu geldt in dit huis: zwijgen is zilver en spréken is goud!’ |
Sara
Freelance tekstschrijver, moeder van Boaz en Liv, woont samen met Tim, haar vriend. Leeft het leven alsof het een generale repetitie is. Langzaam beseft ze dat het nu of nooit is. Heeft ze het lef om eindelijk te doen wat ze altijd al wilde? Archieven
December 2019
Eerdere blogs
Alles
Wil je ons volgen?Of ontvang tweewekelijks een update via Facebook
|