‘Dat was de beste traktatie ooit!’ zegt Wolf tevreden tegen me als hij met Jelmer naar buiten komt lopen. Jelmer straalt. ‘Alles is op!’
Behalve de komkommer zie ik. De juf komt naar me toe. Ik denk om me te feliciteren, maar dat loopt even anders. ‘Heb je het Kringnieuws niet gelezen?’ ‘Nee, niet gelezen.’ ‘Misschien maar eens doen,’ zegt ze een tikje sjacherijnig. Ze draait zich om en loopt weg. Thuisgekomen open ik nieuwsgierig de nieuwsbrief van onze school. Er staat een heel stuk in over traktaties. Ouders worden gesommeerd om vooral géén snoep meer uit te delen. Mmm... Geïnspireerd door de gezonde traktatie die we voor het zomerfeest moesten meenemen, hadden Jelmer en ik weer een krokodil van een komkommer gemaakt. 'Subtiel' verschil: de fruitspiesjes die we in deze komkommerkrokodil hadden gestoken, waren volledig van snoep. Een origineel idee van Jelmer. Ik zag de lol er wel van in en was naar zo’n XXL Albert Heijn gegaan om groots in te slaan. En daar was ik goed in geslaagd, mag ik wel zeggen. Op ieder spiesje zaten maar liefst zes verschillende stukjes fruit (100% glucose). Je had de ogen van Jelmers klasgenootjes moeten zien toen we daarmee de klas binnen kwamen! Zijn juf zag de lol er dus duidelijk niet van in. Ze keek me aan alsof ik persoonlijk verantwoordelijk was voor ieder stuiterend kind in haar klas. Maar ik heb ooit eens een fascinerend experiment gezien bij het programma ‘The Truth About Food’ van de BBC waardoor ik niet meer geloof dat druk gedrag van kinderen wordt bepaald door suiker. Neem de kwaliteit van het filmpje voor lief, het experiment is hilarisch! Ze laten een groep kinderen de ene dag alles eten wat God verboden heeft (het equivalent van 47 suikerklontjes!) en de andere dag krijgen ze alleen maar wortels, komkommer en ander konijnenvoedsel, maar ook een clown en een springkussen. Conclusie: ‘so sugar does not make kids hyperactive, but it can give them rotting teeth en make them fat, brilliant!’ Soms moet je even herinnerd worden aan je goede voornemens. ‘Als ik dit eerder had gelezen,' zeg ik tegen Jelmer vanachter de computer, 'had jij die snoepfruitspiesjes nooit mogen uitdelen.’ Jelmer grijnst van oor tot oor. Natuurlijk weet ik ook wel dat suiker gezien wordt als de nieuwe sluipmoordenaar. En ik weet heus wel dat het misdadig is om Wicky aan je kind te geven, dus dat doe ik niet meer. Ik probeer de sugar-intake van mijn kinderen echt te beperken. Zo’n beetje al het ‘gezonde’ snoep wat op de markt is, heb ik al wel eens geprobeerd, maar dat vinden ze dan dus weer niet lekker. Het is hopeloos! Tegenwoordig geven we nootjes in een bakje mee naar school, maar daarover kregen we laatst te horen dat het niet de bedoeling was, want nootjes waren 'te lekker en dat is niet leuk voor de andere kinderen.’ Ik had de neiging om de overblijfjuf met een ‘Snelle Jelle’ te lijf te gaan of zo'n roze-witte Liga door haar strot te duwen. Die mogen namelijk wel. Overigens hebben we de nootjes discussie wel gewonnen, want dat sloeg natuurlijk nergens op. Ik heb vrienden die in de suikerdiscussie een beetje doorslaan (vind ik). Zij willen dat er op alles waar te veel suiker in zit een doodskop komt te staan, net als bij tabak. Zie je het al voor je? Wil je eieren uit het schap pakken, word je van alle kanten aangestaard door doodskoppen! Ik begrijp de zorg, maar persoonlijk hoef ik in de supermarkt niet zo nodig op de vergankelijkheid van het leven te worden gewezen. Bovendien had ik vroeger een vriendinnetje dat geen snoep mocht. Dat was pas echt ver-schrik-ke-lijk. Op Koninginnedag liepen we met de klas een vast rondje door de stad om naar de burgemeester te luisteren (dat deed je in die tijd) en dan kregen we ‘als zoethoudertje’ een ijsje met een lolly. En altijd, maar dan ook al-tijd, sprong haar moeder, precies op het moment dat ze de lolly in haar mond wilde stoppen, tevoorschijn om het ding uit haar handen te grissen. Die moeder controleerde ook op school of ze het uitdeelsnoep niet stiekem op at. Ze mocht het overigens wel mee naar huis nemen. Daar ging het dan in een grote glazen pot. Voor ons was die pot een soort walhalla. Want als we kwamen spelen mochten we er royaal uit kiezen. Over onze gezondheid maakte haar moeder zich klaarblijkelijk geen enkele zorgen. Ondanks de onmiskenbare voordelen voor onszelf hadden we toch met haar te doen. Wat het namelijk diep treurig maakte, was dat mijn vriendinnetje eens per week met de pot door de buurt moest om uit te delen. Zelf kreeg ze dan een stuk fruit. Ik zag het als een aparte manier van die moeder om de populariteit van je kind te ‘kopen’. En ik heb me altijd afgevraagd of ze het in heeft gehaald toen ze op kamers ging. Dat zou ik me zo goed kunnen voorstellen. Ik ben zelf op een woonboot opgegroeid en wij hadden vroeger geen kabel. Dus geen MTV voor mij en ook geen Jerry Springer. En als je niet naar Jerry Springer en MTV keek dan kon je dus niet meepraten. Ik liep hopeloos achter. De eerste maand dat ik op kamers woonde, heb ik iedere avond non-stop MTV en Jerry Springer gekeken. En ik kan je vertellen: dan hoef je dus NOOIT maar dan ook NOOIT meer iets wat ook maar in de buurt van die walgelijke man komt te zien. Je bent er in één klap vanaf. Bij het zien van Springer-a-likes als Dr. Phil (no offense) krijg ik al de rillingen. Dus ik heb hoop voor mijn vriendinnetje van toen. Zou ze er net als ik even van geproefd hebben ‘omdat het kon’ en toen weer op fruit zijn overgestapt? Nou ja, als ze haar tanden nog maar heeft. Was Jelmers traktatie misdadig? Vooruit, misschien wel een beetje. Maar op sommige momenten doe ik gewoon niet moeilijk over snoep. Sint Maarten is er één van. Maakt mij dat een slechte moeder? Ongetwijfeld! Achter het script: lees wat Emily denkt bij scene 54 'PadaBOOM, padaBOOM, padaBANG! En zo doe je dat! Wel een raar gevoel hoor om je eerste boek uit handen te geven. Maar ook lekker! Laat die postbodejongen maar kletsen. Tuurlijk wordt dit een succes! Als zelfs een bekende schrijver het goed vindt… Waarom moest iedereen nou zo lachen toen Cleo zei dat ik klonk alsof ik de Disney film al voor me zag? Waarom zou ik niet groot mogen denken? Het is wel de manier om geld te verdienen natuurlijk, merchandising! Ik ben er wel een beetje klaar mee dat ik niet gewoon een massage kan boeken of een nieuwe jurk kan kopen zonder me meteen schuldig te voelen. Maar als ik zie hoe Thomas zich het schompus werkt, dan doe ik dat toch liever niet. Alleen aan dingen voor ons viertjes geef ik eigenlijk nog met plezier geld uit: een stukje lekker biologisch vlees, mooie vakantieadresjes, af en toe een leuk setje. Maar ook dat is natuurlijk vooral leuk voor Thomas en als ik eerlijk ben koop ik lingerie ook alleen maar in de 70% uitverkoop. Ben het wel een beetje zat. Hoog tijd om te oogsten.' Zo voelde het twee jaar geleden. Inmiddels is er zoveel gebeurd. Mijn leven heeft op zijn kop gestaan en ik heb de deksel behoorlijk op mijn neus gekregen. Toch denk ik diep down nog steeds groot. Ik heb mezelf ‘de kans gegeven’, nou ja vooruit zonder Thomas had ik mezelf die kans helemaal niet ‘kunnen’ geven, om er vol voor te gaan. Wat er altijd al in zat, moest er nou maar een keer uit. Eerst dus een kinderboek, daarna Halverwege. Maar waar ik niet op gerekend had, was het feit dat als je niet onmiddellijk succes hebt, je meteen het stempel ‘huismoeder’ opgeplakt krijgt. Dát was even slikken. Mijn moeder (kunstenares) is haar hele leven financieel afhankelijk geweest van mijn vader. Dat wil(de) ik heel bewust niet. Ook niet voor de jongens. Het is niet het voorbeeld dat ik wil geven. Dus hoe langer succes uitbleef, hoe onzekerder ik werd. Ik deed dan wel wat ik écht leuk vond, maar het gevoel van ‘niet goed genoeg zijn’ kwam meer en meer aan de oppervlakte. In het in mijn kringen immens populaire boek met de hypnotiserende titel ‘Verslaafd aan liefde’ staat een zin die er bij mij lekker inhakte: ‘Op basis van het negatieve geloof ‘ik ben niet goed genoeg’ is er een regel ontstaan die zegt: je moet succesvol zijn, je mag geen fouten maken, je bent alleen goed als je resultaten goed zijn.’ Was dat voor mij geschreven?
Gelukkig heb ik twee zonen die feilloos hun vinger op de zere plek weten te leggen. Hierbij twee recente gesprekjes. De eerste vond plaats in de tweede week dat Halverwege online stond. En ja, zo ging het dus letterlijk: Remy (inmiddels 10 jaar), Jelmer (inmiddels 7 jaar) en ik zitten aan de keukentafel. REMY: Dus als ik Halverwege intoets kom ik op jullie website? Hebben veel mensen het gezien dan? IK: Een paar honderd, maar er zijn al wel meer dan 3000 pagina's van Halverwege bekeken. JELMER : Dus je bent wereldberoemd? IK (lach): Nee, maar wat belangrijker is dan wereldberoemd zijn.... REMY (interrumpeert): is geld verdienen. Ik: (lach besmuikt) is... dat je anderen inspireert, al waren het er maar een paar. Dat is belangrijker dan geld hoor. REMY: Inspireren belangrijker dan geld? Verzin je dat ter plekke? Sjeetjemina. Ik bedoel maar... en deze is van vorige week: We zijn lekker naar het bos geweest om uit te razen, vooral de jongens dan. We zitten nog in de auto, Thomas is aan het inparkeren. REMY: Mag ik als we thuis zijn op de iPad? IK: Nee. REMY: Waarom niet? IK: Daarom niet, je hebt een hele zolder vol Lego, ga daar maar mee spelen. REMY: Maar we willen op de iPad! JELMER (valt Remy bij) Ja waarom niet? Jij zit toch ook de hele tijd op de computer? REMY: Ja mam, jij zit écht teveel op je computer. IK: Nou zeg, jullie mogen van geluk spreken dat ik schrijf. Als ik niet zou schrijven, moesten jullie gewoon weer naar de naschoolse opvang. En dan kan je veel minder vaak met vriendjes afspreken of naar het bos. Vergeleken bij andere moeders... JELMER: Ja, andere moeders werken. Ik kijk Thomas aan, wacht even en kan het dan toch niet laten. IK: ...buitenshuis Thomas (wrijft over mijn been): Ik zat er op te wachten. Tja, van je kinderen moet je het hebben. Een schoolvoorbeeld van de hardwerkende carrièremoeder ben ik dus (nog) niet, maar dat is oké. Inmiddels heb ik wel door dat ik een andere levensles aan ze meegeef. En die is minstens even waardevol. Hoop ik. Als je ergens voor gaat, geef dan niet op, ook niet als het een tijdje tegenzit. Blijf in jezelf geloven, zet door en durf (al doe je het stiekem) gewoon groot te denken. Ik ben er klaar voor ;-) |
EmilyFreelance schrijfster, getrouwd met haar jeugdliefde Thomas met wie ze twee zonen heeft; Remy en Jelmer. Plukt de dag en probeert zoveel mogelijk uit het leven te halen. Gaf een leuke baan op om te schrijven. Maar wat doet ze als het succes op zich laat wachten? Bekijkt het leven soms door een iets te roze bril. Archieven
December 2019
Eerdere blogs
Alles
Wil je ons volgen?Of ontvang tweewekelijks een update via Facebook
|